Mijn camino - Reisverslag uit Santiago de Compostella, Spanje van Rachelle van den Broek - WaarBenJij.nu Mijn camino - Reisverslag uit Santiago de Compostella, Spanje van Rachelle van den Broek - WaarBenJij.nu

Mijn camino

Door: Rachelle van den Broek

Blijf op de hoogte en volg Rachelle

31 Juli 2017 | Spanje, Santiago de Compostella

Schandalig lang heeft het geduurd voordat ik me er ein-de-lijk toe kon zetten deze laatste camino-blog te schrijven. Of het iets mentaals is of het er gewoon niet van is gekomen met al die drukte na de terugkomst weet ik niet. Het avontuur is echt afgelopen en ja dat is KAK. Maar gelukkig voor mij zijn er andere avonturen in de maak. Ik hoop niet dat ik jullie te lang in spanning heb gehouden – de meesten weten hopelijk wel dat ik al lang terug in Nederland ben (helaas…). Maar voor degenen die nog niet weten of ik wel in Santiago de Compostella aan ben gekomen, heb nog maar even geduld want het staat ergens onderaan dit lange verhaaltje, of zeg maar gerust verhaaaaaaaaGAAPaaaaaal omdat ik graag eerst even wil terugblikken, op ALLES. En dan bedoel ik echt ALLES want verbazingwekkend genoeg weet ik alles nog tot in de details. Dus niet valsspelen en stiekem scrollen!

Tijdens de laatste 115km van Sarria naar Santiago besloot ik bewust tijdens het wandelen terug te denken aan de dingen die ik heb meegemaakt. De eerste dag, toen ik in een o, zo bekende omgeving via Zondereigen en Merksplas naar Herentals wandelde waar mij in het klooster verteld werd dat ze bewondering voor me hadden maar dat ik maar een ander onderdak moest zoeken. De ontzettende pijn die ik in het begin had en de ontzettend lieve mensen die me door deze eerste dagen heen hebben geloodst. Vooral in Enines, Namen en Dinant ben ik heel hartelijk ontvangen terwijl ik na het wandelen er lichamelijk helemaal doorheen zat.

Vanaf Givet ging het beter en had ik ’s avonds zelfs energie om boodschappen te doen en voor mezelf te koken. Maar al snel volgde de eerste baaldag, en ik was pas een week weg! Ik liep constant verkeerd (lag aan mezelf) en ik kon nergens een slaapplek vinden (lag niet aan mezelf want alles zat vol). Teleurstelling op teleurstelling… Gelukkig is het uiteindelijk goed gekomen maar wat een stresserende dag was dat!

En toen door de Ardennen heen. Nu ik al dat klauter- en klimwerk in Frankrijk en Spanje heb gedaan moet ik toch wel een beetje lachen dat ik dat zo spectaculair vond. Maar eigenlijk stelde dat niets voor. Behalve het landschap dan, dat was prachtig. De dag naar Signy l’Abbaye was een hel vanwege mijn blaren en de koeienvriendjes die me de verkeerde kant op hadden gewezen (domme dames en de domste was ik) waardoor ik een flink stuk had omgelopen. Het lichtpuntje was natuurlijk wel dat ik op deze dag Henk, Boudewijn en Thijmen heb leren kennen waarmee ik het ontzettend gezellig had. Ik ga nooit vergeten hoe we met z’n allen kip aten in een hokje dat niet groter was dan 15m2, hoe Boudewijn een gordijn omtoverde tot een deken waaronder ik kon slapen en wat voor leuk spel hartenjagen eigenlijk is!

Ik vond het best lastig om afscheid te nemen van ze in Reims, de eerste mijlpaal en een geweldige stad. Gelukkig ving Youssef me fantastisch op en kon ik met een volle maag, schone kleren en een lekker bad de volgende dag mijn tocht naar de volgende mijlpaal, Vézelay, beginnen. Het was even wennen om weer alles alleen te doen en het druilerige weer en de oneindige wijnvelden ten zuiden van Reims voor de massaproductie champagne zorgden ervoor dat ik zo’n 50x naar Everywhere van Fleetwood Mac heb geluisterd. Gelukkig was dit gevoel van eenzaamheid snel voorbij en toen ik naar Mery-sur-Seine liep en ik de vrouw met het karretje en de hond tegenkwam die per se samen wilde lopen, wist ik niet hoe snel ik me uit de voeten moest maken. Een anekdote die ik toch regelmatig met andere pelgrims heb gedeeld. Ohja, volgens mij was rond deze tijd ook die ochtend dat ik zo bang was omdat er ergens misschien twee mannen uit de struiken zouden springen om me te kidnappen. Haha! Ik heb volgens mij zelden op mijn camino nog zo hard gewandeld! Een aantal bijna-doodgedachten zijn toen wel door mijn hoofd geflitst.

In Troyes heb ik ontzettend genoten en de dag erna werd mijn ziel bijna opgeslokt door een kwaadaardig bos. De meest uitputtende dag tot dan, ik heb echt geen goede herinneringen aan dat enge bos overgehouden. Vanaf dit moment begon ik ook met het eten van suikerklontjes en suiker ’s ochtends in mijn koffie, suiker in de yoghurt, suikers suikers suikers.
De dag erna weer een gigantische lange etappe naar Roffey waar ik geweldig werd ontvangen door een vrouw die zei dat pelgrims ~KONINGEN en KONINGINNEN~ zijn en ook zo behandeld moeten worden. Ik voelde me daar ook echte een koningin (nu nog steeds eigenlijk). Daarna was het weekend en in het begin van mijn reis was weekend nog écht weekend. Rustige dagen en lekker bijslapen (maar hier zou snel verandering in komen). Zaterdag in St. Cyr les Colons was ik zoals zo vaak de enige in een refuge voor zo’n 10 personen en vermaakte ik mezelf door de livefeed te volgen van het Eurovisiesongfestival. Omdat de wifi zo traag was en mijn interesse niet groot genoeg, weet ik eigenlijk nog steeds niet wie er gewonnen had. Sowieso kreeg ik nog weinig nieuws mee en social media vond ik onzin worden. Vandaar het besluit om me daar voorlopig uit terug te trekken.

De dag erna was een van mijn favoriete dagen. Een kort dagje naar Vézelay en een lunchpauze (cashewnoten met chocopasta) op een prachtige plaats met uitzicht op de stad. Al vroeg arriveerde ik bij deze mijlpaal. En ik trakteerde mezelf op vanalles en nog wat (Desperados, armbandje, avondje koken en een prachtig uitzicht over het landschap waar ik ruim een uur naar gestaard heb). Vanaf hier zou het échte werk beginnen. Dit was dan ook gelijk de eerste nacht dat ik niet kon slapen vanwege vrouwelijk geronk op de slaapzaal. Dit werd goedgemaakt door de prachtige pelgrimsmis die ik de volgende ochtend in de beeldschone basiliek bijwoonde. Vol goede moed begon ik aan de 3 lange dagen (Corbigny-Prémery-Nevers) en op de eerste dag ging het al mis toen ik wilde afsnijden en in een veld vol koeien belandde. Een halve elektrocutie (HOLY SHIT, ik moet daar toch nog erg om lachen) en flink wat klauterwerk later stond ik weer op de weg – en wat was ik blij.

Warm of beter gezegd HEET, waren deze dagen en de eindeloze asfaltwegen waren uitputtend. Met 10e-graads verbrandde kuiten kwam ik de volgende dag aan op een camping waar ik mijn eigen caravan kreeg waarmee ik de onweersstorm van die nacht kon trotseren. Deze dag kwam ik de fietser Jan uit Uden tegen. Tijdens mijn reis heb ik regelmatig aan hem teruggedacht. Nog steeds vond ik het een hele moedige beslissing dat hij de knoop doorhakte en besloot te stoppen. => Je moet niet doorgaan met iets waarvan je niet gelukkig wordt, is wat ik van hem geleerd heb. <= In Nevers heb ik trouwens in het lekkerste bed geslapen van alle 75 bedden waar ik in geslapen heb! (En het was niet eens een tweepersoonsbed waarin ik mijn zeesterskills kon oefenen!)

De dagen erna kwam ik steeds meer anderen tegen. Vooral veel gevorderden (Paul en Marcus) die mij onbewust heel erg het gevoel gaven dat ik een groentje was en mij bang maakten voor wat allemaal nog komen zou. In deze week kwam ook een vriend uit Nederland langs met wie ik de LEKKERSTE ROQUEFORT OOIT heb gegeten. Het landschap naar Limoges toe werd steeds heuvelachtiger en steeds mooier. Ik heb ontzettend genoten van het prachtige uitzicht dat ik had aan het meer in Neuvy Saint Sepulchre en ik denk dat dat de eerste keer was dat ik iemand mistte om deze mooie zonsondergang mee te delen. Weer sliep ik in een herberg voor 10 personen waar ik de enige was, ik weet niet hoe ik dat toch altijd voor elkaar kreeg. De volgende dag was weer een fijne dag naar een prachtig klein dorpje Gargilesse. Een supermooie omgeving en ik gleed van de hitte bijna van mijn stoel terwijl ik een traktatiebiertje dronk. Zo’n klein dorpje in the middle of nowhere en toch zaten er weer een aantal Nederlanders. Dat bleef me ook verbazen. In deze week kwam ik ook de perverseling tegen die mij nogal van mijn stuk had gebracht. En pas nu weet ik welk brutaal antwoord ik had kunnen geven op zijn vragen. Gelukkig was ik hem eigenlijk grotendeels alweer vergeten. Ik denk dat dit kwam door alle gruwelijke rupsen die ik onderweg ben tegengekomen, die vond ik een stuk afschrikwekkender!

Het bleef ontzettend warm en het werd een gewoonte om mijn pauzes “gezellig” met heel veel andere (helaas dode) mensen bij begraafplaatsen te houden waar ik water kon tappen en mijn haren nat kon maken. Op een van deze begraafplaatsen kwam ik Georg en Karl-Heinz tegen met wie ik tot aan Limoges ben gelopen. Omdat ik die dag iets sneller liep dan de rest bracht ik een lange tijd door in de kathedraal waar ik, gek genoeg, weer helemaal alleen was. Onverwacht was Limoges toch wel een hoogtepunt en heb ik wel een traantje gelaten toen ik daar in alle rust zat. Helemaal tot aan Limoges gelopen, wauw, wat een prestatie! Die avond was ik voor het eerst toch een beetje melancholisch omdat ik wist dat de volgende mijlpaal (St. Jean-Pied-de-Port) zeker twee weken wandelen zou zijn en we de avond ervoor in St. Léonard de Noblat een afscheidsmaal hadden met een aantal anderen. Ik vond het echt vervelend om steeds afscheid van al die lieve mensen te nemen.

Alsof iemand wist dat ik wat gezelschap nodig had kwam daar tijdens een pauze Georg weer voorbij gewandeld en besloten we samen verder te gaan. De middag brachten we door aan een meer waar we al snel over hele persoonlijke dingen praatten. Hij liep nu de camino omdat zijn ex-vriendin een relatie had gekregen met een andere vrouw en hij zich niet meer op zijn studie kon concentreren. Ik liep de camino om 100 redenen en één daarvan was dat alle mannen klootzakken zijn en ik me ook niet echt meer op mijn studie kon concentreren. Dus ja, we konden het goed met elkaar vinden! We liepen naar La Coquille waar ik een van de lekkerste gerechtjes heb gegeten tijdens de camino (koude rijst met stukjes nectarine, meloen, perzik, komkommer en tonijn). De dag erna werden we in Sorges getrakteerd op een lift van onze backpacks een zwembad en een gezellig diner. Terwijl de dag daarna afzien was in de regen toen we door Périgueux liepen en het met bakken uit de lucht gevallen kwam we aan het eind van de dag nog 3 stevige beklimmingen moesten doen over bospaden waarop het regenwater als een gek naar beneden stroomde en we óók nog eens verkeerd liepen. Verkleumd en moe kwamen Georg en ik aan bij de mevrouw die aan ons haar hele huis, haar koelkast en haar stripboekencollectie toevertrouwde. Ik wilde nog een Kuifje lezen maar viel gelijk in slaap.

We hadden een hele lange week voor de boeg omdat we gemiddeld 35km per dag zouden lopen. Lang was deze zevende week (ja, de 7e week al!) ook omdat de slaapplekken aan het begin van de week niet echt geweldig waren. In Sainte Foy la Grande deelden we een huis met een aardige maar enge dakloze meneer, zijn hond en een boel kakkerlakken en in Monségur werden we ontvangen door een demente vrouw die niet meer in staat was om haar huis fatsoenlijk te kunnen onderhouden en gasten te kunnen ontvangen. Ik had zo’n medelijden met haar omdat zij zich waarschijnlijk heeft opgegeven om op die manier nog een beetje contact met mensen te hebben. We aten in het enige restaurant de goorste pizza calzone ooit maar het was in ieder geval eten en we hadden een dak boven ons hoofd dus je hoorde mij niet klagen. Ik vond het vooral een bijzondere ervaring.

De volgende ochtend leerde ik Georg stokbrood met chocopasta en speculooskoekjes eten (wie lust dat nou niet?!) en leerde hij mij over Schrödingers kat, het verschil moet er zijn. We plukten kersen van de bomen en hadden alle tijd van de wereld omdat het niet uitmaakte hoe laat we bij onze gîte zouden aankomen, die zich naast een kasteel bleek te bevinden. Wat een schitterend uitzicht hadden we daar! In Roquefort (waar ze helaas niet de kaas maakten) werden we ontvangen door een Nederlandse vrijwilligster die ons een hoop betrouwbare informatie gaf over hoe de komende weken eruit zouden gaan zien. Aan haar tips had ik eindelijk wat! In een restaurant aten we een hamburger en keken we voor het eerst sinds weken allebei weer eens tv! Roland Garros stond op en ik besloot dat ik aankomend jaar me toch maar eens aan het tennis ga wagen. Over de route van deze dagen valt weinig te vertellen. We volgden een oude spoorlijn en het was dus lekker vlak en lekker rechtdoor. Georg en ik liepen vaak ver uit elkaar met onze eigen gedachten en pauzeerden dan ergens gezellig samen.

We vertrokken laat vanuit Roquefort voor een korte etappe naar Mont de Marsan waar we op tijd naar bed moesten omdat we besloten hadden de volgende dag om 5u op te staan aangezien het 38 graden zou worden en we 37km moesten lopen. Dit zou de aller slechtste nacht van mijn hele reis worden. Ik deed geen oog dicht en was blij toen ik ein-de-lijk kon opstaan. We verlieten de drukke stad terwijl het uitgaansvolk nog over de straten slenterde (waardoor ik spontaan zin kreeg om ook weer eens tot in de vroege uurtjes te stappen, en ik ben nog niet zo gek lang thuis maar deze kan ik al afvinken). De dag duurde ein-de-loos lang en teon we er eindelijk waren viel ik in slaap in de zon (een van mijn specialiteiten) waardoor we pas laat naar onze gîte toegingen die al behoorlijk vol was met alleen maar mannelijke wandelaars van 40+. Het bleek een hechte groep te zijn en we gingen samen uiteten, hadden discussies over de smaak van het Franse water, (wat wel degelijk naar chloor smaakt), griezelden na over alle halve vliegende herten die we gezien hadden onderweg (IEEEEUUUUW) en gingen op tijd naar bed.

Omdat de mannengroep een deel met de bus deed kwamen ik en Georg later aan in Orthez en was er geen plaats meer in de herberg omdat ook de 5 VERVELENDE ITALIANEN zoals gebruikelijk onze plaatsen opeisten. We moesten naar een hotel uitwijken waar ik dan ook maar genoot van de luxe. De muren waren alleen heel dun dus in een telefoongesprek dat ik eigenlijk niet wilde horen, hoorde ik Georg wat dingen over mij zeggen die niet heel erg aardig waren en wat toch een beetje als een mes in mijn rug voelde. Zeg het dan gewoon in mijn gezicht, denk ik als Nederlander dan. Tja, en dan verlies je toch wel een klein beetje mijn respect dus vanaf dan was het ook niet meer zoals ervoor. Ik heb hem wel duidelijk gemaakt dat ik alles kon horen wat hij zei en hij trakteerde me die dag nog op een gigantische ijscoupe – volgens mij als goedmakertje – maar daar was toch wel iets meer voor nodig.

De laatste dagen in Frankrijk was het daarom fijn dat ik vooral de 40+ mannengroep regelmatig tegenkwam onderweg maar ook ’s avonds in de herberg. Het waren dagen van korte maar bergachtige etappes die een onbeschrijfelijk mooi uitzicht gaven. Als ik mijn ogen dichtdoe zie ik nog steeds de roofvogels boven me in de lucht cirkelen terwijl ik op de top van een berg in de zon lig. Ik heb eigenlijk toch ook wel erg genoten van deze laatste dagen in Frankrijk. Ook al keek ik zo uit op de Spaanse grens te bereiken. De voorlaatste avond was in het boerendorp Ostabat waar ik de bijnaam de Gazelle van Vézelay kreeg.

En toen was ik er ineens. St. Jean-Pied-de-Port, de plaats waar een hoop andere mensen beginnen. Wat was ik zenuwachtig die ochtend en wat was ik blij toen ik er eindelijk was. Ik lunchte hier, Georg woog mijn rugzak maar ik wilde nog steeds niet weten hoeveel erin zat, ik kocht weer een armbandje vanwege de mijlpaal. Ik nam afscheid van Georg wat een beetje dubbel voelde omdat we het erg leuk hebben gehad, maar we volgens mij ook wel blij waren dat we een tijdje alleen konden gaan lopen. Ik deed deze dag nog 8km in de Pyreneeën waarvan de laatste 2 volledig in de wolken en behoorlijk stijl. De wolken bleven helaas hangen dus helaas 0 uitzicht. In de Albergue heerste een gezellige sfeer ondanks dat veel mensen (en ik mag het misschien niet zeggen, maar ik doe het toch) en dan vooral de dikke Amerikanen al halfdood waren na hun eerste dag.

De dag erop stak ik dan eindelijk de grens over. Vanaf hier zou alles anders worden. De route is met 5 pijlen op een splitsing een beetje té goed aangegeven en ik wandelde van slaapplaats tot slaapplaats zonder ook maar iets uit te zoeken of te reserveren. Alle albergues waren tip top in orde en zelfs voorzien van extra's zoals voetenbadjes en muziekinstrumenten. Erg avontuurlijk was dat helaas niet meer waardoor ik juist verlangde naar het verkeerd lopen in Frankrijk. Omdat ik mijn etappes handig had gepland kwam ik nauwelijks mensen tegen op deze “overvolle camino”. Ik leerde vooral ’s avonds veel mensen kennen maar had overdag geen behoefte meer om samen te lopen en merkte heel erg dat ik mijn beginnende medepelgrims probeerde te mijden. Wat me na 5 dagen toen ik in Logrono aankwam juist weer een eenzaam gevoel gaf. Ik denk dat dat mentaal de zwaarste dag was omdat het zo’n fijne stad was en ik de “normale” mensen zag die “normale” dingen deden en jaloers was op vriendengroepen die op terrasjes zaten terwijl ik ondertussen zo’n 1800km van mijn vrienden en familie verwijderd was. En ik heb absoluut nooit naar huis gewild maar ik wilde soms stiekem toch wel graag dichterbij Santiago zijn, en dat was één van die momenten.

Hierna ging de knop om, omdat ik vond dat ik niet zo moest miepen maar van mijn tijd in Spanje moest genieten. Dat zouden immers maar 26 dagen zijn. Vanaf dat moment kwam ik weer een hoop mensen tegen met wie het goed klikte en ik een aantal kilometers mee liep of ’s avonds samen mee ging eten. Waaronder het koppel uit Oosterhout die in Frankrijk dezelfde mensen was tegengekomen als ik. Het was ontzettend tof om met hun mijn ervaringen over de eerste dagen in Spanje uit te wisselen! Ik verwende mezelf met Spaans eten, Spaanse wijn en Spaanse mannen (nee grapje, mochten ze willen) en leerde de Spaanse lyrics van DESPACITO (en ja, dit ga ik sowieso ooit nog eens in een karaoke-bar zingen). Burgos was na het supersfeervolle Pamplona de volgende grote stad waar ik onder de indruk was van de prachtige kathedraal. Er was bovendien een festival in de stad aan de gang wat enorm gezellig was met een vuurkwerkshow als afsluiting.

Week 10 is de week van de meseta. Een onbeschrijfelijk prachtig landschap dat alleen door mensen die poep in hun ogen hebben saai genoemd kan worden. Uitgestrekt. Kilometers ver kon je kijken. Rust. Graan dat zachtjes heen een weer wiegt in de wind. Maar wat was het koud en wat waaide het hard! Ik werd één dag bijna weggeblazen en dat was enorm slopend. ’s Nachts toen ik in bed lag hoorde ik nog steeds de wind in mijn oren suizen. Toch was ik nog steeds heel erg aan het genieten maar daar kwam een einde aan toen ik met de Engelse Helen Léon in liep. Een hernia, als je 24 bent, wat een ellende. En zeer dat het deed. Ik kan nog steeds mezelf horen gillen terwijl de dokter van het ziekenhuis aan mijn benen trekt en in mijn onderrug port. En Helens droge opmerkingen zorgden voor een aantal pijnlijke lachbuien waardoor ik moest lachen en moest huilen tegelijk. Typisch ik. Helen was trouwens echt een engel op mijn camino, alsof ze voorbestemd was om mij een dag voor Léon te ontmoeten en me compleet vrijwillig te helpen met alles wat ik zelf niet meer kon. In het ziekenhuis werd ik volgeprikt en volgestopt met allerlei medicijnen door dokters die geen Engels spraken en mocht ik na 4 dagen naar “huis” met het advies niet meer te lopen.

DIKKE DOEI, dat ging dus echt niet gebeuren. Ik heb altijd gezegd dat ik kruipend naar Santiago zou gaan als het zou moeten. Dus ik pakte een trein en sloeg met meer pijn in mijn hart dan mijn rug de prachtige bergetappes over. En moest ik de dagen erna jaloers aanhoren hoe geweldig het was geweest. Helaas heb ik dus hier niet mijn steen (symbool voor mijn lasten) achter kunnen laten, hier moest ik dus een andere oplossing voor verzinnen.

En nu ben ik weer bij het begin van het verhaal. De laatste 115 km. Kilometers van reflectie, van pijn en van het besef dat ik toch wel erg dicht bij Santiago ben. Ondertussen had ik ruim 2100km gelopen en wilde ik aankomen maar ik had er vrede mee dat ik niet meer dan 27km per dag zou lopen. De voorlaatste dag heb ik toch wel een heel klein beetje getwijfeld om niet in één ruk door te lopen aangezien het best wel druk was op de weg en ik wist dat mijn ouders en oma er ook al waren.

De laatste ochtend begonnen rond 5u de wekkers af te gaan. Zelf ging ik er om 6u uit. Ik had verwacht heel zenuwachtig te zijn maar dat was ik eigenlijk niet. Zelfs niet als ik er aan dacht dat ik er over zo’n 4 uur gewoon zou zijn. Bij mijn ontbijt las ik de briefjes van Emiel en Carlijn die ze hadden geschreven voor als ik het écht écht écht niet meer zou zitten maar die ik dus nooit had geopend. Wat een lieve woorden waren dat! Het was nog donker toen ik vertrok en liep vrijwel alleen. Pas de laatste 10km werd het wat drukker. Ik dronk nog een laatste kopje koffie met suiker, nog steeds zonder zenuwen en vervolgde mijn weg. De route was niet bijzonder mooi maar dat is te verwachten als je naar een grotere stad toe loopt. Zonder het eigenlijk te beseffen stond ik ineens bij het bord “Santiago de Compostela” aan de rand van de stad. Toen was het nog maar 3km naar het centrum, nog steeds zonder zenuwen. Wat was dat toch? Toen ik de stad in liep stonden mijn ouders – tot mijn grote verbazing – niet bij de kathedraal te wachten maar stonden ze al eerder op de route. Dat was nogal onverwacht! Ze bleken me toch wel behoorlijk gemist te hebben! Terwijl ze achter me aan liepen, liep ik door naar het plein van de kathedraal. En toen was ik er. Ik denk dat het toen nog niet helemaal doordrong want ik dacht dat ik tranen met tuiten zou huilen maar dat was niet echt het geval. Misschien vond ik het gewoon jammer dat mijn avontuur al was afgelopen. En zelfs nu ik eraan terugdenk ben ik van mening dat de reis er naartoe vele malen indrukwekkender en specialer is geweest dan de aankomst.

De dag erop gingen we met de auto naar het centrum van Finisterre waar we samen de laatste 3 kilometers naar de vuurtoren liepen. Hier gooide ik mijn ‘steen met lasten’ in de oceaan en verbrandde een broekje ter afsluiting van de lange reis.

Ik heb het af en toe wel behoorlijk zwaar gehad en soms kostte dat wat tranen maar ik heb vooral ontzettend veel gelachen, gedanst, gezongen, geknuffeld, gedronken, geleerd en vooral genoten, genoten en genoten. Ohja en gewandeld natuurlijk. Ik heb ook best wel veel gewandeld. 2239km in totaal.

Ik heb nooit terug naar huis gewild, zelfs niet op de moeilijke momenten en zelfs niet toen ik mijn doel bereikt had. Ik vind het aan de ene kant behoorlijk lastig om dit avontuur te delen met mensen die zich niet kunnen voorstellen hoe dit is en wat voor totaal ander leven het is en aan de andere kant wil ik heel graag al mijn verhalen kwijt. Blijkbaar is hier een woord voor maar ik weet even niet wat. Gelukkig had ik het na mijn terugkomst in Nederland veel te druk om in een zwart gat te vallen en de komende twee weken blijft dat zo. Maar daarna zal ik andere dingen moeten gaan verzinnen om mezelf bezig te houden.

Ik ben ontzettend dankbaar dat ik dit nu heb kunnen en mogen doen en dat ik altijd ben blijven doorzetten. Dit zal me de rest van mijn leven bijblijven. Dank aan alle fijne mensen die ik heb leren kennen en de mensen die me – op welke manier dan ook – altijd zijn blijven steunen. Jullie zijn allemaal een beetje deel geworden van deze onvergetelijke camino en daar ben ik ontzettend blij mee.



Proost op het maken van eeuwigdurende herinneringen.



Rachelle

  • 31 Juli 2017 - 17:04

    Marleen Van Haeren:

    Hoi Rachelle,
    Bedankt dat je me de afgelopen tijd meegenomen hebt op jouw camino.
    Alle respect voor jou,niet alleen omdat je het gedaan hebt maar vooral de manier waarop je het gedaan hebt,hoe je het ervaren hebt en hoe je het ook zo mooi beschreven hebt.
    Een echte Peregrina!
    Marleen

  • 31 Juli 2017 - 20:12

    Manon:

    wauw pracht episode! Geniet nog heerlijk na!

  • 01 Augustus 2017 - 10:24

    Miranda Verboven:

    Hoi Rachelle,

    Leuk om alles nog 'ns te lezen en wat een avontuur heb jij meegemaakt, zoooooooooooooo knap! Je bent een echte bikkel!

    En nu nog heel lang nagenieten van dit avontuur en op naar het volgende!

    Groetjes,
    Miranda

  • 01 Augustus 2017 - 21:27

    Corine:

    Beste Rachelle, jij kent mij niet en ik ken(de) je ook niet. Ik speel af en toe een spelletje met je moeder en daar chatten we wat af en toe. Al jaren eigenlijk. Zij maakte me attent op op jouw camino-blog. Ik heb ontzettend genoten van al je belevenissen, verhalen. Wat kun jij ontzettend leuk en beeldend schrijven! Dank daarvoor! En veel succes in je verdere leven....mvg, Corine

  • 03 Augustus 2017 - 23:39

    Tante Rianne :

    Lieve kanjer
    Wat schrijf je mooi wat schijf je eerlijk en open, ook de minder leuke dingen,t was weer heerlijk om te lezen, even voor t slapen gaan jou blogg, ik mis het.Maar jou kennende ga je zeker in de toekomst nog veel ondernemen en schrijven.Nu eerst afstuderen en op naar nieuwe uitdagingen

  • 04 Augustus 2017 - 15:38

    Tante Lina:

    Beste Rachelle ,
    Wat is het mooi om jouw verhaal te lezen en wat heb je allemaal meegemaakt leuke en minder l
    leuke dingen ik heb er van genoten om alles te lezen ,het is zo spannend geschreven je moet hier wat mee doen ,Dit zullen veel mensen leuk vinden en veel succes verder nog .

  • 04 Augustus 2017 - 23:01

    Jan Van Eijck:

    Ik heb je boeiende verhaal gelezen .en met respect en bewondering ,wat knap gedaan ,wat ben je een aanhouder,met lef en passie
    Het is fijn om een nichtje te hebben ,waar we trots op kunnen zijn ,en nog bedankt voor t mooie verhaal
    En geniet nog lang na van dit avontuur


  • 10 Augustus 2017 - 07:50

    Julia:

    Rachelle,
    wat een mooi verhaal! Geweldig!
    Wat een bijzondere ervaring.
    Echt knap......
    hopelijk kan je nog eens zo iets speciaals doen.
    groetjes,

  • 17 Augustus 2017 - 11:26

    Rachelle:

    Dag iedereen,

    Oprecht en intens bedankt voor alle lieve reacties die ik heb mogen ontvangen!

    Liefs,

    Rachelle

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Rachelle

Actief sinds 04 Sept. 2014
Verslag gelezen: 947
Totaal aantal bezoekers 172882

Voorgaande reizen:

05 Juni 2021 - 12 Juni 2021

Omdat het kan

25 April 2017 - 30 Augustus 2019

Rachelle naar het einde van de wereld

14 Juni 2018 - 06 Juli 2018

Trans-Mongolian Adventure

13 Maart 2018 - 21 Maart 2018

DUSHI CURAÇAO

03 April 2017 - 16 April 2017

Jordanië

01 September 2014 - 30 Juni 2015

Partir pour Paris

Landen bezocht: